Het huidige of oude model voor obesitas is welbekend: Wanneer er een onevenwicht is tussen inname en verbruik, met anderse woorden, als we meer calorieën innemen dan verbruiken, dan is er een overschot aan energie. Dit teveel aan energie wordt opgeslagen onder de vorm van reserve-energie, ofwel vetmassa. Een blijvende toename van de vetmassa leidt uiteindelijk tot overgewicht en obesitas. Het gevolg van dit model is, dat wanneer we gewicht willen verliezen, we minder moeten eten en meer moeten bewegen. Wanneer we minder moeten eten, worden daarbij vooral de vetrijke voedingsmiddelen beperkt, aangezien vet 9 kcal per gram bevat, tegenover 4 kcal per gram voor suikers en eiwitten. Dit verhaal van de ‘energiebalans’ gaat op voor sommige mensen, maar zeker niet voor iedereen.
In mijn praktijk zie ik veel mensen met overgewicht die graag gewicht willen verliezen. De meesten onder hen geven aan dat het zoetebekken zijn en dat de koekenkast hen steeds lijkt te roepen. Ik ben nog maar zelden iemand tegengekomen die aangeeft dat zijn/haar overgewicht veroorzaakt wordt doordat hij/zij maar niet van de nootjes af kan blijven. Daarnaast merk ik dat ook personen die regelmatig gebruik maken van afhaalmaaltijden, vaak alleenstaanden, er meer moeite met hebben om hun gewicht onder controle te houden.
Het nieuwe model, het ‘koolhydraat-insuline model’ sluit veel beter aan bij wat ik in de praktijk tegenkom. Het nieuwe model wordt besproken in ‘The carbohydrate-insulin model: a psychological perspective on the obesity pandemic’, een artikel van Ludwig, D. et all, dat op 13 september 2021 gepubliceerd werd in The American Journal of Clinical Nutrition. En zoals met zo veel vernieuwende inzichten is er nog bijkomend onderzoek nodig alvorens we dit voor waarheid mogen aannemen. De praktijk leert me echter dat er veel waarheid schuilt in dit model.
In het nieuwe model ligt de nadruk niet zozeer op de hoeveelheid calorieën, maar wel op de aard van de calorieën en op de hormonale en metabole reacties van het lichaam op wat er gegeten wordt. Wanneer je sterk bewerkte, koolhydraatrijke voeding eet, dan veroorzaakt dit hormonale reacties, die de stofwisseling beïnvloeden door te zorgen voor meer vetopslag met overgewicht en obesitas tot gevolg. Door sterk bewerkte voeding met een hoge glycemische lading te eten, krijg je, ondanks dat je ruim voldoende calorieën binnen kreeg, toch weer snel een hongersignaal, waardoor je opnieuw gaat eten en je je uiteindelijk overeet. In dit model wordt overeten niet gezien als de oorzaak van het probleem, maar wel als het gevolg. Door de verkeerde voeding te eten, is er meer vetopslag en vraagt je lichaam opnieuw naar eten. Er zijn dus biologische en fysiologische veranderingen in je lichaam die overgewicht en obesitas tot gevolg hebben. Een beetje zoals bij een puber in volle groei: Een puber gaat niet opeens meer eten om te kunnen groeien, het is het lichaam dat in volle groei is en bijgevolg meer eten vraagt zodat het effectief kan groeien.
Als overeten het gevolg en niet de oorzaak is, wil dit dan zeggen dat je het probleem niet kan aanpakken? Zeker niet! Door bewuste keuze’s te maken en aandacht te besteden aan het moment waarop je eet, heb je een belangrijke invloed op de manier waarop je lichaam met voeding omgaat. Dit kan je helpen om je gewicht en je hongergevoel te beheersen.
Heb jij goede voornemens gemaakt voor het nieuwe jaar en hoort de voedingspatroon aanpakken daarbij, maar kan je desondanks een duwtje in de rug gebruiken? Maak dan gerust een afspraak, zodat we samen kunnen werken aan een betere gezondheid!